Voor het item dat we moeten maken voor de Televisie-klas zijn twee klasgenoten en ik vandaag onderweg naar bejaardentehuis Zuylenstede in Utrecht. We moeten opnames maken van de opening van de ‘beweegtuin’, waar je bejaarden (oh, pardon.. ouderen) in de buitenlucht oefeningen kunnen doen die hun lichaam soepeler houdt. Vanochtend had ik hier meer zin in, toen ik nog niet had gevoeld hoe koud het buiten is…
We staan al ruim een uur buiten te wachten als de fysiotherapeut, met wie we een afspraak hadden, naar ons toe komt lopen. Hier begint het probleem al; er is nog een groep, ook afkomstig van de School voor Journalistiek, die hetzelfde item heeft als wij en dezelfde bronnen. Maar terwijl wij al onze bronnen hebben gebeld voor een afspraak schieten zij als eerste op de fysio af als hij vraagt wie hem vrijdag als eerste had gebeld. Snel claimen wij de overwinning hierin, één van mijn groepsgenoten (Sanne) had als eerste gebeld en de voicemail ingesproken want hij nam niet op. De andere groep belde een uur daarna, kreeg Sanne te horen toen ze die avond opnieuw terugbelde. Technisch gezien hebben wij als eerste gebeld maar de andere groep zegt dat zij hem als eerste aan de lijn hadden. Nu zijn we onderling niet vervelend en we besluiten dat wij dit interview afnemen maar zij onze beelden hiervan mogen gebruiken als wij hun beelden met de wethouder mogen lenen. Het is een deal!
Na ruim drie uur in de kou filmen hebben we waarschijnlijk alles dat we kunnen krijgen. We betwijfelen alleen of het genoeg is voor een item van drie minuten maar daar moeten we maar iets op verzinnen. Zo interessant bleek het hele gebeuren ook niet te zijn, de tuin beslaat vijf apparaten terwijl het ons was voorgeschetst als iets heel groots. We hebben wel een grappig interview afgenomen met een oudere dame die na de opening één van de apparaten probeerde. Ze ging zo lekker en soepel dat we haar vroegen hoe ze dat deed.
“Ik doe twee keer in de week aan gymnastiek, dus ik zorg dat ik gezond blijf.”
Wij: “Twee keer in de week, nou dat kunnen niet veel mensen van uw leeftijd zeggen mevrouw.”
“Ooh, maar ik ben nog niet zo oud hoor.”
Wij: “Mogen we u vragen hoe oud u dan bent.”
“Ik ben pas 91 hoor.”
PAS 91, nou toen stonden we even met onze ogen te knipperen.
Cultuur verandert, veranderen wij mee? Ik niet. Ik doe lekker wat ik zelf wil!
maandag 29 november 2010
Spellen 265/365
In mijn vorige tentamenweek ging spelling me niet al te best af, daarom oefen ik nu elke dag en probeer zo veel mogelijk op te slaan maar het is lastig, en veel. Dus ben ik nu elke dag oefeningen aan het doen op beterspellen.nl.
Elke dag spellingsoefeningen en regels over en over lezen werkt inmiddels wel, ik begrijp meer en maak steeds minder fouten. Nu maar zien of ik over een aantal weken die toetsen ook nog goed maak.
Elke dag spellingsoefeningen en regels over en over lezen werkt inmiddels wel, ik begrijp meer en maak steeds minder fouten. Nu maar zien of ik over een aantal weken die toetsen ook nog goed maak.
Waardevol 264/365
Sommige dingen zijn belangrijker dan je denkt. Jaren vond je iets leuk en ineens niet meer, het was te kinderachtig. Maar nog veel later besef je ineens hoe waardevol datgene nou daadwerkelijk was. Het was misschien wat kinderachtig maar het betekende veel voor je.
Veel mensen denken bij het woord ‘waardevol’ aan geld, juwelen en andere schatten, maar emotionele waarde is veelal net zo groot en vaak zelfs belangrijker. Teddyberen, souvenirs, dekentjes, boeken, poëzie-albums, er is van alles dat emotionele waarde kan hebben en dat je jaren lang links laat liggen omdat je het kinderachtig of tijdverspilling vindt. Maar als je dan op je vijftigste gaat verhuizen ben je dagenlang alleen maar door oude boekjes aan het bladeren, oude foto’s aan het bekijken en aan het bedenken wat je er nou mee moet. Het is te belangrijk voor je om weg te gooien maar je hebt er eigenlijk ook geen ruimte meer voor, en dat is een groot dilemma.
Dat is het moment waarop ouders hun kinderen vragen of ze er nog iets mee willen, om zo het geweten te sussen. Zij hebben het niet weggegooid zonder het weer een kans te geven. De kinderen kunnen dat aannemen of niet, meestal uit een soort onbewust schuldgevoel omdat je weet hoe belangrijk het voor je ouders was of omdat ineens duidelijk wordt hoeveel het voor jezelf betekent. De term waardevol is veel dieper dan alleen geld.
Veel mensen denken bij het woord ‘waardevol’ aan geld, juwelen en andere schatten, maar emotionele waarde is veelal net zo groot en vaak zelfs belangrijker. Teddyberen, souvenirs, dekentjes, boeken, poëzie-albums, er is van alles dat emotionele waarde kan hebben en dat je jaren lang links laat liggen omdat je het kinderachtig of tijdverspilling vindt. Maar als je dan op je vijftigste gaat verhuizen ben je dagenlang alleen maar door oude boekjes aan het bladeren, oude foto’s aan het bekijken en aan het bedenken wat je er nou mee moet. Het is te belangrijk voor je om weg te gooien maar je hebt er eigenlijk ook geen ruimte meer voor, en dat is een groot dilemma.
Dat is het moment waarop ouders hun kinderen vragen of ze er nog iets mee willen, om zo het geweten te sussen. Zij hebben het niet weggegooid zonder het weer een kans te geven. De kinderen kunnen dat aannemen of niet, meestal uit een soort onbewust schuldgevoel omdat je weet hoe belangrijk het voor je ouders was of omdat ineens duidelijk wordt hoeveel het voor jezelf betekent. De term waardevol is veel dieper dan alleen geld.
donderdag 25 november 2010
Bertram Bakkers 263/365
Zes uur ’s ochtends, de wekker gaat. Klereding… Hij heeft mazzel dat de wekker onderdeel is van mijn telefoon want anders had ik hem uit het raam gegooid! Waarom sta ik zo vroeg op op een zaterdag? Goede vraag, ik heb een nieuw baantje bij een bakker. En vandaag is de eerste dag en ik begin om zeven uur dus ik moet me nog haasten ook!
Het werk is eigenlijk niet zo heel erg ingewikkeld, mijn voeten doen na tien uur staan wel pijn maar ik zie het op dit moment ook als een oefening voor ze. Nu ik alles door heb, hoe de ovens en de kassa werken en hoe je dingen klaarmaakt zal het volgende week vast beter gaan. Hoewel het werk en de collega’s me bevallen zijn er twee kleine minpunten aan het werk.
1. De muizenvallen die ze gebruiken zijn gruwelijk! Andere winkels gebruiken gifdoosjes of desnoods vallen die in één keer de muis doden. Deze winkel gebruikt plakstrip waar de pootjes van de muis op vastplakken, de muis schiet door en komt ook met zijn/haar snuit vastgeplakt. Ik heb geprobeerd het kleine muisje dat we als eerste vonden te redden maar die plaktroep is zo sterk dat je zelfs kracht moet zetten om je eigen vingers los te krijgen, waarna ik werd gedwongen hem in de prullenbak te gooien, de muis nog steeds levend. Ik kan echt heel veel hebben maar dit is gewoon gemeen tegenover de muis. De reactie van mijn bedrijfsleidster, nadat ik commentaar had op de vallen: “Nou, dan had ‘ie maar geen muis moeten worden!”
2. De bedrijfsleidster, een domme huppelkut die het gesprek na mijn inwerkdag begon met: “Nou, ik vind je maar een raar figuur maar je hebt een maand proeftijd en we zien wel hoe dat gaat.” En toen ik vroeg hoeveel ik zou gaan verdienen wist ze dat ook niet, en toen ik dus logischerwijs zei dat ik het contract dat ik volgende week krijg niet onderteken zonder te weten wat het loon is keek ze me aan alsof ik gek was. Dat is ook een manier om nieuwe werknemers te trekken.
Het werk is best oké, het lange werken gaat me tot nu toe ook goed af en het is lekker binnen in de warmte maar kan iemand een bedrijfsleider met hersens en een work-attitude regelen?? Om te beginnen met dat de regels ook voor haar gelden en niet alleen voor de ‘normale werknemers’!
Het werk is eigenlijk niet zo heel erg ingewikkeld, mijn voeten doen na tien uur staan wel pijn maar ik zie het op dit moment ook als een oefening voor ze. Nu ik alles door heb, hoe de ovens en de kassa werken en hoe je dingen klaarmaakt zal het volgende week vast beter gaan. Hoewel het werk en de collega’s me bevallen zijn er twee kleine minpunten aan het werk.
1. De muizenvallen die ze gebruiken zijn gruwelijk! Andere winkels gebruiken gifdoosjes of desnoods vallen die in één keer de muis doden. Deze winkel gebruikt plakstrip waar de pootjes van de muis op vastplakken, de muis schiet door en komt ook met zijn/haar snuit vastgeplakt. Ik heb geprobeerd het kleine muisje dat we als eerste vonden te redden maar die plaktroep is zo sterk dat je zelfs kracht moet zetten om je eigen vingers los te krijgen, waarna ik werd gedwongen hem in de prullenbak te gooien, de muis nog steeds levend. Ik kan echt heel veel hebben maar dit is gewoon gemeen tegenover de muis. De reactie van mijn bedrijfsleidster, nadat ik commentaar had op de vallen: “Nou, dan had ‘ie maar geen muis moeten worden!”
2. De bedrijfsleidster, een domme huppelkut die het gesprek na mijn inwerkdag begon met: “Nou, ik vind je maar een raar figuur maar je hebt een maand proeftijd en we zien wel hoe dat gaat.” En toen ik vroeg hoeveel ik zou gaan verdienen wist ze dat ook niet, en toen ik dus logischerwijs zei dat ik het contract dat ik volgende week krijg niet onderteken zonder te weten wat het loon is keek ze me aan alsof ik gek was. Dat is ook een manier om nieuwe werknemers te trekken.
Het werk is best oké, het lange werken gaat me tot nu toe ook goed af en het is lekker binnen in de warmte maar kan iemand een bedrijfsleider met hersens en een work-attitude regelen?? Om te beginnen met dat de regels ook voor haar gelden en niet alleen voor de ‘normale werknemers’!
zondag 21 november 2010
Halsbandparkieten 262/365
Fietsend over de Weesperzijde in Amsterdam bedenk ik me dat ik nog steeds woedend ben op die leraar. Ik heb hem gisteren nogmaals gemaild over het hele incident maar een mail terug heb ik nog niet gekregen. De wind is koud en er hangt nog steeds een lichte mist over het water als ik het bekende geluid van de halsbandparkieten hoor. Er zit een hele kolonie in de bomen rond de Weespertrekvaart en ik vind het altijd leuk om ze te zien. Helaas zijn ze slecht zichtbaar tussen de bladeren met hun groene veren maar in de winter heb ik meer geluk.
Kale bomen zijn normaal geen heel erg vrolijk gezicht maar dit keer zie ik dat door de vingers, want tussen de bruine takken zie ik groene vogels hippen. De één vindt hun geluid een rotherrie, ik vind het leuk en gezellig. En nu ik ze eindelijk bezig kan zien in de bomen is het helemaal leuk. Het is jammer dat ik onderweg ben naar school en dat ik niet langer kan kijken. Terwijl ik in de trein zit, kijk ik naar de lucht. Eigenlijk ben ik best jaloers op deze vogels. Ze kunnen gaan en staan waar ze willen, en er is niemand die ze tegen kan houden. Ik fietste ooit langs hun ‘territorium’ vlak nadat het gestormd had. Er was een boomtak afgescheurd en het stuk waar het boomsap uit de ‘wond’ vloeide was omringt door parkieten die genoten van het zoete boomsap. Het zijn hondsbrutale beestjes, daar niet van.
Op de terugweg kan ik even stoppen om langer te kijken. Door de wind die inmiddels is gaan waaien, waardoor de temperatuur naar gevoel nog lager is, hebben de vogels zich verplaatst. Van de bomen langs het water (open en winderig), naar de bomen in de straten (meer beschut door de huizen). Ze zijn nog steeds goed te zien, heldergroene veren tegen een bruine bast. Ze gaan niet in de dakgoten zitten of op hekken of auto’s, ze beperken zich puur tot de bomen die hun voedselbron en woonplaats zijn. Als de wind nog harder begint te waaien fiets ik door, zij hebben dan wel een lekker pak donsveren, ik helaas niet.
Labels:
365,
bomen,
boomsap,
fietsen,
halsbandparkiet,
kijken,
tak,
vogels,
weespertrekvaart
donderdag 18 november 2010
Oneerlijk cijfer 261/365
Ik schreef het al eerder, mijn school (de School voor Journalistiek in Utrecht) is heel erg goed in dingen mis laten lopen. Niet alleen de schoolleiding maar ook de leraren zelf. Zo staan sinds gisteren de cijfers voor de werkgroep statistiek online. Ik heb al eens vertelt dat statistiek niet mijn beste punt is maar het tentamen heb ik met een mooie voldoende gehaald, en ineens kreeg ik voor de werkgroep een onvoldoende. Wat bleek na een klein onderzoekje? Mijn leraar heeft de laatste twee opdrachten nooit gekregen die ik hem wel gemaild had, en dat scheelt twee punten en dus mijn dikke voldoende.
Ik ben vrij opvliegend, dat beken ik volledig, maar ik ben niet onredelijk. Als ik een onvoldoende verdien omdat ik niet hard genoeg mijn best heb gedaan zal ik er boos op zijn maar niet beledigd of zo gekrenkt. Gisteren zat ik briesent achter de computer. Ik heb zo hard mijn best gedaan voor dit vak en dit is mijn beloning, een leraar die niet op zijn email let en mij dus een onvoldoende geeft voor opdrachten die ik wel heb gemaakt en ingeleverd. Een werkgroep waar ik hard voor heb gewerkt wordt zo ‘beloont’ met een onvoldoende. Hier liet ik me dus niet kennen en ik ben vandaag naar de leraar gegaan, mijn situatie rustig uitgelegd en gezegd dat er hier sprake is van een misverstand. Hij zou gaan kijken wat hij kon doen voor me. Ik ben bereid om het tot en met de examencommissie te schoppen als hij me niet mijn verdiende voldoende geeft (ik heb nu een 4,5 en met die twee (WEL) gemaakte opdrachten een mooie 6,5!).
Als deze man zegt dat mijn verhaal over de ingeleverde taken niet klopt en me niet alsnog een voldoende geeft, geef ik hem zo’n schop onder zijn kont dat ik een week niet kan zitten! Wel vermomd met een ninjapakje zodat hij me niet herkent. Dus… als iemand iets hoort over een niet zo heel groot ninjaatje door de SvJ op zoek naar de statistiek/economie leraar, wil iemand me dan van het politiebureau komen halen?? (grapje hoor)
Ik ben vrij opvliegend, dat beken ik volledig, maar ik ben niet onredelijk. Als ik een onvoldoende verdien omdat ik niet hard genoeg mijn best heb gedaan zal ik er boos op zijn maar niet beledigd of zo gekrenkt. Gisteren zat ik briesent achter de computer. Ik heb zo hard mijn best gedaan voor dit vak en dit is mijn beloning, een leraar die niet op zijn email let en mij dus een onvoldoende geeft voor opdrachten die ik wel heb gemaakt en ingeleverd. Een werkgroep waar ik hard voor heb gewerkt wordt zo ‘beloont’ met een onvoldoende. Hier liet ik me dus niet kennen en ik ben vandaag naar de leraar gegaan, mijn situatie rustig uitgelegd en gezegd dat er hier sprake is van een misverstand. Hij zou gaan kijken wat hij kon doen voor me. Ik ben bereid om het tot en met de examencommissie te schoppen als hij me niet mijn verdiende voldoende geeft (ik heb nu een 4,5 en met die twee (WEL) gemaakte opdrachten een mooie 6,5!).
Als deze man zegt dat mijn verhaal over de ingeleverde taken niet klopt en me niet alsnog een voldoende geeft, geef ik hem zo’n schop onder zijn kont dat ik een week niet kan zitten! Wel vermomd met een ninjapakje zodat hij me niet herkent. Dus… als iemand iets hoort over een niet zo heel groot ninjaatje door de SvJ op zoek naar de statistiek/economie leraar, wil iemand me dan van het politiebureau komen halen?? (grapje hoor)
Labels:
365,
cijfer,
examencommissie,
leraar,
ninja,
oneerlijk,
onvoldoende,
Statistiek
Mist 260/365
De laatste paar dagen is het nogal mistig in Nederland. En nogal, is nogal een understatement… Terwijl ik naar het station fietste hing de mist tussen de bomen en struiken. Als hongerige wolven slopen deze mistflarden langzaam over het water en werden ze steeds dikker. Zelfs de zon kon er niks tegen doen, naarmate de dag verder vorderde werd de mist alleen maar dikker. Verkeerssituaties werden er gevaarlijk door en de temperatuur daalde.
Het had ook wel een dramatisch effect, die avond ging namelijk Harry Potter 7: deel 1 in de bioscoop. De mist zorgde voor een spookachtige aanblik van alles in de stad en in en rond het water, geen betere manier om een ‘mood’ te creëren voor een HP film, lijkt me.
Het had ook wel een dramatisch effect, die avond ging namelijk Harry Potter 7: deel 1 in de bioscoop. De mist zorgde voor een spookachtige aanblik van alles in de stad en in en rond het water, geen betere manier om een ‘mood’ te creëren voor een HP film, lijkt me.
Labels:
365,
dicht,
Harry Potter,
mist,
mood,
verkeerssituaties
dinsdag 16 november 2010
Filmen 259/365
Vandaag was de eerste dag dat klas B10 van de School voor Journalistiek in Utrecht iets mocht gaan doen. Dit semester hebben we het vak Basismedia Radio en Televisie, en vandaag mochten we een eerste filmpje gaan maken. Dat hield vooral in dat mensen uren aan het denken waren over een storyboard en dat ze daarna in eigenlijk te weinig tijd nog moesten gaan filmen.
De SvJ is niet zo heel erg groot, en als een klas van ruim twintig mensen dan massaal met camera’s in de school bezig is wordt die ruimte nog kleiner. Vooral omdat er eigenlijk geen rekening met je wordt gehouden door je medestudenten die zelf ook naar hun lessen moeten. Het is hun probleem als ze niet luisteren naar een waarschuwing en bijna een tas op hun hoofd krijgen omdat er in een scène een tas naar beneden valt. Daar kan ik ook niks aan doen hoor.
Het was leuk om eindelijk eens iets te doen, om in groepen van drie een idee uit te werken en dat dan in een paar uur tijd te filmen. Het was weer eens wat anders.
De SvJ is niet zo heel erg groot, en als een klas van ruim twintig mensen dan massaal met camera’s in de school bezig is wordt die ruimte nog kleiner. Vooral omdat er eigenlijk geen rekening met je wordt gehouden door je medestudenten die zelf ook naar hun lessen moeten. Het is hun probleem als ze niet luisteren naar een waarschuwing en bijna een tas op hun hoofd krijgen omdat er in een scène een tas naar beneden valt. Daar kan ik ook niks aan doen hoor.
Het was leuk om eindelijk eens iets te doen, om in groepen van drie een idee uit te werken en dat dan in een paar uur tijd te filmen. Het was weer eens wat anders.
Labels:
365,
bedenken,
BMRTV,
filmen,
leerlingen,
medestudenten,
storyboard
Beroepskeuzetest 258/365
Op de middelbare school word je in de bovenbouw bijna doodgegooid met informatie over potentiële vervolgopleidingen. Niet alleen maakt dit het eigenlijk alleen maar verwarrender maar daarnaast willen ze dat je ook nog een beroepskeuzetest doet. De uitkomsten daarvan zijn soms nog verschrikkelijker dan alle folders bij elkaar.
Je uitslag matcht niet met je schoolkeuze, wat te doen ooh wat te doen? Veel mensen hechten echt heel veel waarde aan beroepskeuzetesten. Terwijl ze vaak meerdere opties geven om zichzelf veilig te stellen (de testen bedoel ik dan), en ze vaak uitgaan van een vage redenering. Ik krijg bijvoorbeeld al jaren ‘piloot’ als uitkomst. Lijkt me dit geen stoer beroep? Ooh zeker wel, maar medisch gezien zou ik niet door de keuring komen vanwege een te sterke oogafwijking. Met dit soort dingen houdt zo’n test geen rekening. Verstokte rokers kunnen dan alsnog gymleraar worden, terwijl ze dan toch wel heel erg het slechte voorbeeld geven. Nu ik er over nadenk, ik heb nog nooit een gymleraar gezien die rookt…
Beroepskeuzetesten zijn alleen maar gebaseerd op de antwoorden die jij zelf geeft, het lijkt dus een logische uitkomst, maar dat is het niet. Stel dat je arts wilt worden maar ook veel wil reizen en veel van de wereld wil zien, dan zegt een beroepskeuzetest misschien wel dat je piloot moet worden. Terwijl je ook een dokter bij Artsen zonder Grenzen zou kunnen worden. Je reist de wereld over en je bent toch dokter. Of reisjournalist, dit soort opties vergeet de beroepskeuzetest. Dus grijp je niet vast op het resultaat ervan, het zijn slechts suggesties.
Je uitslag matcht niet met je schoolkeuze, wat te doen ooh wat te doen? Veel mensen hechten echt heel veel waarde aan beroepskeuzetesten. Terwijl ze vaak meerdere opties geven om zichzelf veilig te stellen (de testen bedoel ik dan), en ze vaak uitgaan van een vage redenering. Ik krijg bijvoorbeeld al jaren ‘piloot’ als uitkomst. Lijkt me dit geen stoer beroep? Ooh zeker wel, maar medisch gezien zou ik niet door de keuring komen vanwege een te sterke oogafwijking. Met dit soort dingen houdt zo’n test geen rekening. Verstokte rokers kunnen dan alsnog gymleraar worden, terwijl ze dan toch wel heel erg het slechte voorbeeld geven. Nu ik er over nadenk, ik heb nog nooit een gymleraar gezien die rookt…
Beroepskeuzetesten zijn alleen maar gebaseerd op de antwoorden die jij zelf geeft, het lijkt dus een logische uitkomst, maar dat is het niet. Stel dat je arts wilt worden maar ook veel wil reizen en veel van de wereld wil zien, dan zegt een beroepskeuzetest misschien wel dat je piloot moet worden. Terwijl je ook een dokter bij Artsen zonder Grenzen zou kunnen worden. Je reist de wereld over en je bent toch dokter. Of reisjournalist, dit soort opties vergeet de beroepskeuzetest. Dus grijp je niet vast op het resultaat ervan, het zijn slechts suggesties.
Volgekrabbeld 257/365
Tijdens een saai moment is er niks leuker dan een post-it blok te pakken of een pen. Hierdoor zitten al snel hele notitieborden, tafels en schriften volgeplakt of volgekrabbeld. Permanent markers zijn de grootste doorn in het oog van schoonmakers. Die zijn het moeilijkst te verwijderen en het schoonmaakmiddel stinkt een uur in de wind.
Het humeur van de conciërges is voor leerlingen meestal niet interessant. Je moet toch iets te doen hebben tijdens een saaie les en tafels zijn een geliefd teken- en schrijfoppervlak. Schriften zijn ook vaak volgekrabbeld met tekeningen, zinnen en daar tussendoor nog wel eens een aantekening of huiswerknotitie. Post-it’s werken vaak ook, neem een muur of prikbord in bijvoorbeeld de kantine en laat er een post-it (met tekst) achter. Als je collega’s hebt met gevoel voor humor doen ze met je mee en heb je al snel een muur/bord vol tekst. Grappig, serieus, vragen, alles kan op de muur en het voorkomt dat de schoonmakers nog meer schoon moeten maken. Want het is dan wel hun baan, maar niemand vindt het prettig om zo’n ammoniaklucht in te ademen.
Het humeur van de conciërges is voor leerlingen meestal niet interessant. Je moet toch iets te doen hebben tijdens een saaie les en tafels zijn een geliefd teken- en schrijfoppervlak. Schriften zijn ook vaak volgekrabbeld met tekeningen, zinnen en daar tussendoor nog wel eens een aantekening of huiswerknotitie. Post-it’s werken vaak ook, neem een muur of prikbord in bijvoorbeeld de kantine en laat er een post-it (met tekst) achter. Als je collega’s hebt met gevoel voor humor doen ze met je mee en heb je al snel een muur/bord vol tekst. Grappig, serieus, vragen, alles kan op de muur en het voorkomt dat de schoonmakers nog meer schoon moeten maken. Want het is dan wel hun baan, maar niemand vindt het prettig om zo’n ammoniaklucht in te ademen.
Labels:
365,
pen,
permanent marker,
post-it,
saai,
schoonmaker,
verveling,
volgekrabbeld
Dromenland 256/365
Er is geen plaats als thuis. Geen enkele plek voelt zo veilig en vertrouwt, en in huis er geen plek zo vertrouwt als je eigen bed. Heb je nooit zo’n dag gehad dat je al aangekleed bent, en al ruim bezig met allerlei klusjes, huiswerk of andere vormen van weekendse werkzaamheden, je kijkt naar je bed en besluit toch nog even een heerlijk dutje te doen? Of je voelt je niet lekker en besluit heerlijk in bed te blijven liggen, of het is aan het einde van de dag en je gaat lekker in je bed liggen en een filmpje kijken.
Je bed is zacht, warm en helemaal van jou. Het is jouw kleine wereld waar niemand je kan storen (hoewel ouders en school daar nog wel eens anders over denken), veilig weggestopt onder je deken op weg naar het onbegrensde dromenland. Nu heb ik ineens het liedje ‘Er gaat een treintje naar dromenland…’ in mijn hoofd. Een trein met een olifant achter het stuur, zulke rare dromen kan ik me niet herinneren, als ik ze al ooit gehad heb.
‘Er gaat een treintje naar Dromenland,
achter het stuur zit een olifant.
Ga maar lekker slapen,
dan mag je zomaar mee.
Tjoeke tjoeke chocolade, naar de limonade zee.
En als je zo weer wakker wordt,
ga je vliegensvlug,
naar je eigen fijne plekje,
in je bedje terug.’
Je bed is zacht, warm en helemaal van jou. Het is jouw kleine wereld waar niemand je kan storen (hoewel ouders en school daar nog wel eens anders over denken), veilig weggestopt onder je deken op weg naar het onbegrensde dromenland. Nu heb ik ineens het liedje ‘Er gaat een treintje naar dromenland…’ in mijn hoofd. Een trein met een olifant achter het stuur, zulke rare dromen kan ik me niet herinneren, als ik ze al ooit gehad heb.
‘Er gaat een treintje naar Dromenland,
achter het stuur zit een olifant.
Ga maar lekker slapen,
dan mag je zomaar mee.
Tjoeke tjoeke chocolade, naar de limonade zee.
En als je zo weer wakker wordt,
ga je vliegensvlug,
naar je eigen fijne plekje,
in je bedje terug.’
Cultuur verandert! 255/365
Niet zo lang geleden was er een discussie over wat nu precies cultuur is, en wat er onder volksvermaak (en dus in de ogen van zogenaamde cultuurkenners ‘barbaars’) valt. Nu is ‘cultuur’ nogal een discussiepunt en is het oppervlakkig om er maar één definitie aan te geven. Geleerdheid heeft niks met muziekvoorkeur te maken en je bent niet direct een cultuurbarbaar als je hiphop boven Bach verkiest. En toch wordt dit wel gesteld.
Op het Montessori Lyceum Amsterdam, mijn oude middelbare school, loopt één muziekleraar rond. Deze meneer Thijs – zijn achternaam heb ik niet onthouden – gaf een klasgenoot van mij ooit een onvoldoende omdat zij op een toets had gezegd Eminem ‘beter’ te vinden dan Mozart. Dit zei de leraar; in werkelijkheid had mijn klasgenoot geschreven dat zij Eminem LEUKER (dus niet beter) vond dan Mozart, zij had haar mening volledig beargumenteerd en uitgelegd. De toets ging over je mening over verschillende soorten muziek. Thijs gaf haar een onvoldoende omdat hij het niet met haar eens was. hij beschuldigde haar ervan dat ze niet wist wat cultuur was. hiermee is het algemene oordeel over ‘wat cultuur is’ getoond. Storm, die onvoldoende was volledig onterecht!
We moeten dit algemene beeld van cultuur loslaten. Cultuur verandert per generatie, maar daar wordt geen rekening mee gehouden. Zo ontstaan er steeds meer ‘cultuurbarbaren’ puur omdat (vooral) de jongere generatie zich weinig interesseert voor schilderijen en beelden van ‘beroemde kunstenaars’. Ik zeg niet dat alle jongeren hier onder vallen, maar er zijn maar weinig mensen die elke dag klassieke muziek luisteren en elke week of maand wel naar het museum gaan om er ingewikkelde discussies over kunst te voeren. De culturele antropologie stelt dat elke (sub)groep binnen een samenleving zijn eigen vorm van cultuur heeft, en toch wordt iedereen over één kam geschoren in het oordeel of je een kenner of een barbaar bent. De ‘oude garde’ moet er mee leren leven dat de meningen veranderen, en dat er meer vormen van cultuur zijn dan de alleen door hen erkende vorm.
Op het Montessori Lyceum Amsterdam, mijn oude middelbare school, loopt één muziekleraar rond. Deze meneer Thijs – zijn achternaam heb ik niet onthouden – gaf een klasgenoot van mij ooit een onvoldoende omdat zij op een toets had gezegd Eminem ‘beter’ te vinden dan Mozart. Dit zei de leraar; in werkelijkheid had mijn klasgenoot geschreven dat zij Eminem LEUKER (dus niet beter) vond dan Mozart, zij had haar mening volledig beargumenteerd en uitgelegd. De toets ging over je mening over verschillende soorten muziek. Thijs gaf haar een onvoldoende omdat hij het niet met haar eens was. hij beschuldigde haar ervan dat ze niet wist wat cultuur was. hiermee is het algemene oordeel over ‘wat cultuur is’ getoond. Storm, die onvoldoende was volledig onterecht!
We moeten dit algemene beeld van cultuur loslaten. Cultuur verandert per generatie, maar daar wordt geen rekening mee gehouden. Zo ontstaan er steeds meer ‘cultuurbarbaren’ puur omdat (vooral) de jongere generatie zich weinig interesseert voor schilderijen en beelden van ‘beroemde kunstenaars’. Ik zeg niet dat alle jongeren hier onder vallen, maar er zijn maar weinig mensen die elke dag klassieke muziek luisteren en elke week of maand wel naar het museum gaan om er ingewikkelde discussies over kunst te voeren. De culturele antropologie stelt dat elke (sub)groep binnen een samenleving zijn eigen vorm van cultuur heeft, en toch wordt iedereen over één kam geschoren in het oordeel of je een kenner of een barbaar bent. De ‘oude garde’ moet er mee leren leven dat de meningen veranderen, en dat er meer vormen van cultuur zijn dan de alleen door hen erkende vorm.
Labels:
(sub)groep,
365,
antropologie,
cultuur,
jongeren,
soorten,
verandering,
vormen
Wereldburger 254/365
Medestudenten vragen me wel eens of ik niks voel van onze ‘nationale trots’. Mijn antwoord is dan keihard nee. Het wordt me vaak gevraagd als ik vertel over de plannen die ik heb, dat ik op uitwisseling wil, dat als het aan mij ligt mijn eindstage plaats vindt in Australië en dat ik de wereld rond wil reizen. Nee, ik zal nooit zeggen dat ik me een Nederlander voel want dat doe ik ook niet. Ik voel me een wereldburger!
Grenzen betekenden iets toen er nog geen mogelijkheden waren om in minder dan 24 uur aan de andere kant van de wereld te zijn, toen men amper de mensen buiten het eigen dorp kende vanwege het gebrek aan communicatie en toen men niemand buiten het eigen geloof sprak omdat dat ‘heidenen’ waren. De wereld is veranderd, ik heb contacten in Engeland, Ierland en Amerika en contact leggen met andere landen is sinds de komst van internet steeds makkelijker geworden. Grenzen stellen binnen Europa amper nog wat voor dankzij alle onderlinge akkoorden. In werelddelen waar grenzen wel nog echt iets voorstellen woedden verschrikkelijke oorlogen in gebieden tien keer de grootte van Nederland omdat de (Europese) kolonisten niet aan de verschillen tussen stemmen dachten toen ze deze grenzen tekenden en ze aan mensen opdrongen.
Geloven zouden mensen ook niet moeten splitsen, maar juist bij elkaar moeten brengen en verschillen bespreekbaar moeten maken. Alle geloven pleitten immers voor naastenliefde en tegen geweld en moord.
Ik voel me een wereldburger omdat ik door kennis en mogelijkheden niet langer aan één plek gebonden ben en mijn gedachten kan baseren op eigen ideeën en de mensen om mij heen, of die nou afkomstig zijn uit andere culturen of niet.
Grenzen betekenden iets toen er nog geen mogelijkheden waren om in minder dan 24 uur aan de andere kant van de wereld te zijn, toen men amper de mensen buiten het eigen dorp kende vanwege het gebrek aan communicatie en toen men niemand buiten het eigen geloof sprak omdat dat ‘heidenen’ waren. De wereld is veranderd, ik heb contacten in Engeland, Ierland en Amerika en contact leggen met andere landen is sinds de komst van internet steeds makkelijker geworden. Grenzen stellen binnen Europa amper nog wat voor dankzij alle onderlinge akkoorden. In werelddelen waar grenzen wel nog echt iets voorstellen woedden verschrikkelijke oorlogen in gebieden tien keer de grootte van Nederland omdat de (Europese) kolonisten niet aan de verschillen tussen stemmen dachten toen ze deze grenzen tekenden en ze aan mensen opdrongen.
Geloven zouden mensen ook niet moeten splitsen, maar juist bij elkaar moeten brengen en verschillen bespreekbaar moeten maken. Alle geloven pleitten immers voor naastenliefde en tegen geweld en moord.
Ik voel me een wereldburger omdat ik door kennis en mogelijkheden niet langer aan één plek gebonden ben en mijn gedachten kan baseren op eigen ideeën en de mensen om mij heen, of die nou afkomstig zijn uit andere culturen of niet.
woensdag 10 november 2010
De stervende tolerantie 252/365
Nederland stond ooit bekend om haar tolerantie jegens anderen. In de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) hebben de Nederlanders zelf nog voor godsdienstvrijheid gevochten zodat men zich niet aan de wil van een ander hoefde te onderwerpen. De Gouden Eeuw was een welvarende tijd dankzij alle immigranten. Rijke hugenoten en joden vluchtten uit het katholieke Spanje, en uit de landen die toen bij Spanje hoorde (onder het Heilige Roomse Rijk), en namen naast geld en andere kostbaarheden ook kennis en handel mee. In de jaren ’70 (van de 20ste eeuw) haalde Nederland vele gastarbeiders uit Turkije en Marokko naar Nederland om hier te werken. Eigenlijk was het idee dat deze migranten weer terug zouden gaan naar ‘het eigen land’ en daarom vond niemand het ‘nodig’ om hen de Nederlandse taal te leren. Nederland zelf bood hen na jaren hier te hebben gewerkt de kans hun families hierheen te halen en hier te blijven wonen.
Deze mensen deden het werk waar wij ons te goed voor voelden, maar inmiddels behandelen de ‘trotse (nationalistische) Nederlanders’ hen als vuil. Ik begrijp dat men wil dat de generaties die hier wel zijn opgegroeid de Nederlandse normen en waarden handhaven maar nooit eerder in de Nederlandse geschiedenis werd er volledige assimilatie (assimilatie = het ‘weggooien’ van de cultuur die niet bij het ‘huidige’ land van verblijf hoort) van de andere cultuur geëist. Onze eigen minister van Binnenlandse Zaken, Piet Hein Donner, wil het automatisch registreren van ‘de tweede nationaliteit’ niet afschaffen in de veronderstelling dat: “Al zouden we de Marokkaanse nationaliteit niet registreren, dan blijft het kind Marokkaans.” Volgens hem kun je van een nationaliteit geen afstand doen, zo zegt hij in een artikel van Trouw. U kunt trots zijn op uzelf minister, u drukt mensen een stempel op. Ook als het kind zich op geen enkele manier verbonden voelt met het andere land en daar ook niet geregistreerd staat, heeft het volgens u nog steeds die nationaliteit. Puur omdat die volgens u bij geboorte, en dus genetisch, bepaald is. De culturele antropologie stelt dat nationaliteit en cultuur niet aangeboren, maar aangeleerd zijn. En dus is een kind bij geboorte een onbeschreven blad, waarbij het dus niet meteen ‘Marokkaans’ of ‘Nederlands’ is.
Nederland stond bekend om haar tolerantie jegens anderen, nu verwoesten Nederlandse jongeren moskeeën, bekladden ze synagogen en kijken ze burgers met de islam als geloof met de nek aan. Hoe slechter de economie, hoe sterker het nationalistische gevoel en hoe meer we ‘onze eigen cultuur moeten beschermen’. Die cultuur die al sinds de 16de eeuw uit migranten, verschillende geloven en samenwerken bestaat. De vorige uitbraak van het ‘ultieme nationalistische gevoel’ leidde in 1938 uiteindelijk tot de Tweede Wereldoorlog.
Als iedereen zich een beetje aanpast aan elkaar of tenminste voor elkaar openstaat en respect toont (en dan bedoel ik IEDEREEN, en niet alleen de Amerikanen, Nederlanders, Marokkanen, of welke andere cultuur dan ook), zouden er veel minder problemen zijn.
Nederland stond bekend om haar tolerantie jegens anderen. Die tolerantie sterft steeds meer een langzame en pijnlijke dood, het vecht om te overleven maar het wordt hem het niet makkelijk gemaakt.
Deze mensen deden het werk waar wij ons te goed voor voelden, maar inmiddels behandelen de ‘trotse (nationalistische) Nederlanders’ hen als vuil. Ik begrijp dat men wil dat de generaties die hier wel zijn opgegroeid de Nederlandse normen en waarden handhaven maar nooit eerder in de Nederlandse geschiedenis werd er volledige assimilatie (assimilatie = het ‘weggooien’ van de cultuur die niet bij het ‘huidige’ land van verblijf hoort) van de andere cultuur geëist. Onze eigen minister van Binnenlandse Zaken, Piet Hein Donner, wil het automatisch registreren van ‘de tweede nationaliteit’ niet afschaffen in de veronderstelling dat: “Al zouden we de Marokkaanse nationaliteit niet registreren, dan blijft het kind Marokkaans.” Volgens hem kun je van een nationaliteit geen afstand doen, zo zegt hij in een artikel van Trouw. U kunt trots zijn op uzelf minister, u drukt mensen een stempel op. Ook als het kind zich op geen enkele manier verbonden voelt met het andere land en daar ook niet geregistreerd staat, heeft het volgens u nog steeds die nationaliteit. Puur omdat die volgens u bij geboorte, en dus genetisch, bepaald is. De culturele antropologie stelt dat nationaliteit en cultuur niet aangeboren, maar aangeleerd zijn. En dus is een kind bij geboorte een onbeschreven blad, waarbij het dus niet meteen ‘Marokkaans’ of ‘Nederlands’ is.
Nederland stond bekend om haar tolerantie jegens anderen, nu verwoesten Nederlandse jongeren moskeeën, bekladden ze synagogen en kijken ze burgers met de islam als geloof met de nek aan. Hoe slechter de economie, hoe sterker het nationalistische gevoel en hoe meer we ‘onze eigen cultuur moeten beschermen’. Die cultuur die al sinds de 16de eeuw uit migranten, verschillende geloven en samenwerken bestaat. De vorige uitbraak van het ‘ultieme nationalistische gevoel’ leidde in 1938 uiteindelijk tot de Tweede Wereldoorlog.
Als iedereen zich een beetje aanpast aan elkaar of tenminste voor elkaar openstaat en respect toont (en dan bedoel ik IEDEREEN, en niet alleen de Amerikanen, Nederlanders, Marokkanen, of welke andere cultuur dan ook), zouden er veel minder problemen zijn.
Nederland stond bekend om haar tolerantie jegens anderen. Die tolerantie sterft steeds meer een langzame en pijnlijke dood, het vecht om te overleven maar het wordt hem het niet makkelijk gemaakt.
Labels:
365,
antropologie,
cultuur,
Donner,
geschiedenis,
jaren '70,
Marokko,
migranten,
minister,
nationalisme,
Nederland,
Nederlanders,
stervende,
Tachtigjarige Oorlog,
tolerantie,
Tweede Wereldoorlog
dinsdag 9 november 2010
Vormen en maten 251/365
Leraren heb je in alle soorten en maten: dik, dun, mannelijk, vrouwelijk, saai, grappig, klein, groot, modieus, verschrikkelijk, en vul dit lijstje zelf maar verder aan. Gezien leraren in alle verscheidenheid voorkomen bouw je al snel, en vaak onbewust, het plaatje van de ideale leraar in je hoofd. De kans is zeer klein dat je deze ideale leraar of lerares vaak tegenkomt. Dus daarnaast bouw je een voorkeur voor leraren op.
Je doet beter je best, of besteed meer aandacht aan de les als de leraar de onderwerpen luchtig brengt en zo nu en dan humor toont. Of je haalt juist hogere cijfers bij een hele strenge leraar die je strak in het gareel houdt.
Soms hangt je voorkeur ook af van de uitstraling van degene die voor de klas staat. Bijvoorbeeld: als je leraar heel charismatisch is maakt het amper uit hoe streng zijn/haar lessen zijn. Als een leraar juist jong en aantrekkelijk is, is het misschien moeilijk om de aandacht op de lesstof te richten maar je vindt de lessen wel leuk. Of er staat een enorme sul voor het bord en je zou willen dat je hier zo snel mogelijk weg was.
Op mijn opleiding lopen ook alle leraren in alle soorten en maten rond. Van een enorme wiskundesul (mijn voormalig statistiek en toekomstig economie leraar), een leraar met kennis en humor (mijn voormalig politiek en moderne geschiedenis leraar), een leraar waarover de klas verdeeld is (kunst&cultuur en engels), of een lerares waar iedereen gewoon weg een pesthekel aan heeft (basisresearch). Iedereen heeft zijn eigen voorkeur en het kan zijn dat je gewend moet raken aan iemand. Aan het begin denk je ‘wat is dit voor gek?’, en halverwege het semester denk je toch ‘nou, hij is toch best oké’. Zo kun je je mening altijd aanpassen, maar een tip: als je echt een hekel hebt aan een leraar, zorg dan dat je het vak meteen haalt. Anders zit je nog langer aan hem vast.
Je doet beter je best, of besteed meer aandacht aan de les als de leraar de onderwerpen luchtig brengt en zo nu en dan humor toont. Of je haalt juist hogere cijfers bij een hele strenge leraar die je strak in het gareel houdt.
Soms hangt je voorkeur ook af van de uitstraling van degene die voor de klas staat. Bijvoorbeeld: als je leraar heel charismatisch is maakt het amper uit hoe streng zijn/haar lessen zijn. Als een leraar juist jong en aantrekkelijk is, is het misschien moeilijk om de aandacht op de lesstof te richten maar je vindt de lessen wel leuk. Of er staat een enorme sul voor het bord en je zou willen dat je hier zo snel mogelijk weg was.
Op mijn opleiding lopen ook alle leraren in alle soorten en maten rond. Van een enorme wiskundesul (mijn voormalig statistiek en toekomstig economie leraar), een leraar met kennis en humor (mijn voormalig politiek en moderne geschiedenis leraar), een leraar waarover de klas verdeeld is (kunst&cultuur en engels), of een lerares waar iedereen gewoon weg een pesthekel aan heeft (basisresearch). Iedereen heeft zijn eigen voorkeur en het kan zijn dat je gewend moet raken aan iemand. Aan het begin denk je ‘wat is dit voor gek?’, en halverwege het semester denk je toch ‘nou, hij is toch best oké’. Zo kun je je mening altijd aanpassen, maar een tip: als je echt een hekel hebt aan een leraar, zorg dan dat je het vak meteen haalt. Anders zit je nog langer aan hem vast.
Een nieuwe attitude 250/365
Vandaag is het nieuwe semester gestart, en het wordt een druk semester. Met vijf dagen in de week les zal het moeilijk worden huiswerk met het sociale leven te combineren, maar het geeft ook wel voldoening. Ik was namelijk nooit zo goed in huiswerk daadwerkelijk maken, nu heb ik geen keuze. Vandaag hebben we bijvoorbeeld een opdracht gekregen die we tussen half vier ’s middags vandaag, en één uur ’s middags morgen af moeten krijgen. Deze opdracht is het maken van een compleet researchdossier waarvoor je ook minstens twee mensen moet hebben gesproken en met mijn uur reistijd naar huis moet ik dat allemaal morgenochtend doen, het voorbereidende werk kan ik wel al vanavond doen.
Daarnaast heb ik een hele nieuwe attitude rond school aangenomen, aantekeningen gaan weer ouderwets met de hand zodat ik alles onthoudt, en elk weekend ga ik minstens een uur spellingsoefeningen maken. Want helaas; ik ben gezakt voor de spelling van jaar één en dus heb ik dit semester mijn propedeuse niet gehaald. Over negen weken heb ik een nieuwe kans en ik moet en zal dat vak verslaan!!
Misschien is het je opgevallen dat er geen dikgedrukte intro is bij dit bericht, en dat klopt. Dit semester vernieuwt ook mijn blogstijl zich. Bij de 365-blogs, die als een soort columns geschreven zijn, is vanaf nu geen intro meer. Alleen nog bij de artikelen is er een introductie, maar niet meer bij de columns. En dus ook niet bij de 365-stukken (of wat er van rest…).
Daarnaast heb ik een hele nieuwe attitude rond school aangenomen, aantekeningen gaan weer ouderwets met de hand zodat ik alles onthoudt, en elk weekend ga ik minstens een uur spellingsoefeningen maken. Want helaas; ik ben gezakt voor de spelling van jaar één en dus heb ik dit semester mijn propedeuse niet gehaald. Over negen weken heb ik een nieuwe kans en ik moet en zal dat vak verslaan!!
Misschien is het je opgevallen dat er geen dikgedrukte intro is bij dit bericht, en dat klopt. Dit semester vernieuwt ook mijn blogstijl zich. Bij de 365-blogs, die als een soort columns geschreven zijn, is vanaf nu geen intro meer. Alleen nog bij de artikelen is er een introductie, maar niet meer bij de columns. En dus ook niet bij de 365-stukken (of wat er van rest…).
Labels:
365,
aantekeningen,
attitude,
nieuw,
propedeuse,
semester,
spelling
Postzegels 249/365
Een postzegelveiling klinkt saai, en geloof me, dat is het ook.
Een vriendin vroeg of ik wilde helpen bij de postzegelveiling waar haar tante werkt omdat ze handen tekort hadden. Ik had een gaatje in mijn agenda, wilde best een vriendin in nood helpen en een extra zakcentje is natuurlijk ook nooit weg dus was ik op weg naar Weesp.
Een paar jaar geleden had ik zelf een periode waarin ik verwoed postzegels verzamelde. Dat waren natuurlijk hele normale en alledaagse postzegels maar soms stuurden reizende familieleden brieven waarop echt mooie postzegels zaten. Zegels uit Cuba, Nepal, Rusland of Afrika. Ik verzamelde die zegels omdat ik ze echt mooi vond en het kleine stukjes van landen die ik ooit zelf wilde ontdekken waren. De mensen die vandaag bij deze veiling zijn denken niet zo. Het zijn handelaren, op zoek naar kleine kostbaarheden. De postzegels waarbij mijn interesse wordt gewekt worden snel bekeken en dan wordt de bladzijde alweer omgeslagen.
Het was een dag hard werken, met veel tillen van zware boeken, maar nu heb ik dit ook weer eens meegemaakt.
Een vriendin vroeg of ik wilde helpen bij de postzegelveiling waar haar tante werkt omdat ze handen tekort hadden. Ik had een gaatje in mijn agenda, wilde best een vriendin in nood helpen en een extra zakcentje is natuurlijk ook nooit weg dus was ik op weg naar Weesp.
Een paar jaar geleden had ik zelf een periode waarin ik verwoed postzegels verzamelde. Dat waren natuurlijk hele normale en alledaagse postzegels maar soms stuurden reizende familieleden brieven waarop echt mooie postzegels zaten. Zegels uit Cuba, Nepal, Rusland of Afrika. Ik verzamelde die zegels omdat ik ze echt mooi vond en het kleine stukjes van landen die ik ooit zelf wilde ontdekken waren. De mensen die vandaag bij deze veiling zijn denken niet zo. Het zijn handelaren, op zoek naar kleine kostbaarheden. De postzegels waarbij mijn interesse wordt gewekt worden snel bekeken en dan wordt de bladzijde alweer omgeslagen.
Het was een dag hard werken, met veel tillen van zware boeken, maar nu heb ik dit ook weer eens meegemaakt.
Labels:
365,
handelaren,
landen,
postzegels,
Roos,
stukjes,
tillen,
zakcentje
Tijger 248/365
Elk groot avontuur heeft een begin. Een gedachte, een afbeelding, een vertrekplaats. Een droom kwalificeert ook als een goed begin.
Terwijl ik sta te wachten op het Amstelstation in Amsterdam kijk ik naar buiten, naar de lucht. Ik zie de zon met hier en daar een paar wolken, nog geen tien meter verderop is de lucht al heel anders. Donker, grijs, dreigen en gevuld met donkergrijze en laaghangende wolken. Als de trein komt slinger ik mijn twee tassen over mijn schouder en sla ik mijn boek dicht. Zo zou ik de wereld wel rond willen reizen, bedenk ik me.
In de trein halen we de wolken in, langzaam worden ze minder dreigen maar ze zijn er wel. De drang naar reizen ook. In mijn tas zit de novemberuitgave van de National Geographic, over de grote migraties van dieren. Voor me op het kleine tafeltje ligt Paul Theroux’’The Happy Isles of Oceania’. Ik ben omringt door verhalen over reizen en avonturen en voel me als een tijger in een kooi, wachtend tot iemand zo dom is de deur open te laten staan.
Terwijl ik sta te wachten op het Amstelstation in Amsterdam kijk ik naar buiten, naar de lucht. Ik zie de zon met hier en daar een paar wolken, nog geen tien meter verderop is de lucht al heel anders. Donker, grijs, dreigen en gevuld met donkergrijze en laaghangende wolken. Als de trein komt slinger ik mijn twee tassen over mijn schouder en sla ik mijn boek dicht. Zo zou ik de wereld wel rond willen reizen, bedenk ik me.
In de trein halen we de wolken in, langzaam worden ze minder dreigen maar ze zijn er wel. De drang naar reizen ook. In mijn tas zit de novemberuitgave van de National Geographic, over de grote migraties van dieren. Voor me op het kleine tafeltje ligt Paul Theroux’’The Happy Isles of Oceania’. Ik ben omringt door verhalen over reizen en avonturen en voel me als een tijger in een kooi, wachtend tot iemand zo dom is de deur open te laten staan.
Oriëntatieweek, het einde 247/365
Vandaag was de laatste dag van de oriëntatie. Een stressvolle maar verder fijne dag.
Eerste prioriteit: het tijdschrift afkrijgen.
En dat bleek meer werk dan ik had verwacht. Uiteindelijk is het ons net op tijd gelukt en zitten we braaf te wachten tot het onze beurt is om het tijdschrift USAday te presenteren. We zijn wel wat nerveus maar het zal wel lukken.
Terwijl één groepsgenoot ons tijdschrift nog even in de goede volgorde in elkaar zet, houden wij (de overige vier) de presentatie. Vanaf nu kunnen we alleen maar afwachten op het cijfer.
Eerste prioriteit: het tijdschrift afkrijgen.
En dat bleek meer werk dan ik had verwacht. Uiteindelijk is het ons net op tijd gelukt en zitten we braaf te wachten tot het onze beurt is om het tijdschrift USAday te presenteren. We zijn wel wat nerveus maar het zal wel lukken.
Terwijl één groepsgenoot ons tijdschrift nog even in de goede volgorde in elkaar zet, houden wij (de overige vier) de presentatie. Vanaf nu kunnen we alleen maar afwachten op het cijfer.
Oriëntatieweek dag 4 246/365
Vandaag is het de vierde dag van de oriëntatie en met een flinke dosis stress voor de boeg vanwege de deadline morgen geen blog!
Pakistan hielp ons, maar wij hen niet 245/365
In 1953 werd Nederland overvallen door het water. We dachten veilig te zijn achter onze dijken, maar het water bleek sterker en veel gevaarlijker dan we hadden ingeschat. Nu wordt Pakistan overvallen door hetzelfde element dat in Nederland destijds 1835 levens eiste en Nederland keert het de rug toe.
De ‘Wilders-mentaliteit’ wordt steeds erger lijkt het. Men doneert niet aan Pakistan omdat het geld toch direct naar de Taliban zou gaan ‘die het lachend zal ontvangen’. ‘Nederland en Amerika sponsoren de Taliban’. ‘Ze steken de kratten waar USAID en EUAID op staan toch meteen in de fik of ze verdraaien het zo dat zij de grote helden lijken’. Dit zijn enkele van de reacties van Nederlanders die weigeren te geven aan Pakistan. Het trof dus ook veel mensen toen bleek dat Pakistan wel doneerde aan Nederland tijdens onze Watersnoodramp in 1953. Omgerekend tien miljoen gulden werd er ingezameld onder de Nederlanders en Engelsen die toen nog in Pakistan zaten, en de Pakistani zelf schonken tweeduizend kilo thee. Dat klinkt misschien een beetje vreemd. Het halve land is overspoeld door water en je stuurt thee. Wat moet je daar mee, het mengen met het water en alles massaal opdrinken? Thee was in 1953 een drank die door veel Nederlanders werd gedronken en de thee uit Pakistan en China was vaak zelfs nog een luxeproduct omdat het hier om ‘specialere’ soorten thee ging. Bovendien ging het in die tijd met Pakistan beter dan nu in 2010 maar dat was het kostbaarste dat Pakistan op dat moment had, thee was dat waarmee Pakistan handel voerde met de rest van de wereld. Het feit dat ze daar tweeduizend kilo van stuurden was een enorm bedrag voor de Pakistani. Dat wij hen nu in de steek laten omdat het een islamitisch land is, is gewoon barbaars!
In Pakistan zijn er op 26 oktober ruim 20,3 miljoen mensen getroffen door de overstroomde rivieren, en meer dan 2000 doden waarvan men daadwerkelijk weet. Bovendien wordt het land geteisterd door honger en ziektes als cholera. Deze watersnoodramp, ontstaan door een aanhoudende moesson en ernstig noodweer, begon op 3 augustus. Het is dus zeker dat er meer slachtoffers gaan vallen omdat men slecht bereikt kan worden door het water, en de smalle landstroken waar hele stammen bij elkaar gekropen zijn. Deze mensen hadden al weinig, nu hebben ze niks meer. Geen huizen, geen vee, geen landbouwgrond, soms zelfs geen familie meer.
Ooh, en voor de sceptici die denken dat al het geld en de pakketten meteen door de Taliban worden ingepikt; de meest getroffen gebieden zijn Punjab en Sind, de Taliban is sterk vertegenwoordigd in de Swatvallei. En die is aan de andere kant van Pakistan!
De ‘Wilders-mentaliteit’ wordt steeds erger lijkt het. Men doneert niet aan Pakistan omdat het geld toch direct naar de Taliban zou gaan ‘die het lachend zal ontvangen’. ‘Nederland en Amerika sponsoren de Taliban’. ‘Ze steken de kratten waar USAID en EUAID op staan toch meteen in de fik of ze verdraaien het zo dat zij de grote helden lijken’. Dit zijn enkele van de reacties van Nederlanders die weigeren te geven aan Pakistan. Het trof dus ook veel mensen toen bleek dat Pakistan wel doneerde aan Nederland tijdens onze Watersnoodramp in 1953. Omgerekend tien miljoen gulden werd er ingezameld onder de Nederlanders en Engelsen die toen nog in Pakistan zaten, en de Pakistani zelf schonken tweeduizend kilo thee. Dat klinkt misschien een beetje vreemd. Het halve land is overspoeld door water en je stuurt thee. Wat moet je daar mee, het mengen met het water en alles massaal opdrinken? Thee was in 1953 een drank die door veel Nederlanders werd gedronken en de thee uit Pakistan en China was vaak zelfs nog een luxeproduct omdat het hier om ‘specialere’ soorten thee ging. Bovendien ging het in die tijd met Pakistan beter dan nu in 2010 maar dat was het kostbaarste dat Pakistan op dat moment had, thee was dat waarmee Pakistan handel voerde met de rest van de wereld. Het feit dat ze daar tweeduizend kilo van stuurden was een enorm bedrag voor de Pakistani. Dat wij hen nu in de steek laten omdat het een islamitisch land is, is gewoon barbaars!
In Pakistan zijn er op 26 oktober ruim 20,3 miljoen mensen getroffen door de overstroomde rivieren, en meer dan 2000 doden waarvan men daadwerkelijk weet. Bovendien wordt het land geteisterd door honger en ziektes als cholera. Deze watersnoodramp, ontstaan door een aanhoudende moesson en ernstig noodweer, begon op 3 augustus. Het is dus zeker dat er meer slachtoffers gaan vallen omdat men slecht bereikt kan worden door het water, en de smalle landstroken waar hele stammen bij elkaar gekropen zijn. Deze mensen hadden al weinig, nu hebben ze niks meer. Geen huizen, geen vee, geen landbouwgrond, soms zelfs geen familie meer.
Ooh, en voor de sceptici die denken dat al het geld en de pakketten meteen door de Taliban worden ingepikt; de meest getroffen gebieden zijn Punjab en Sind, de Taliban is sterk vertegenwoordigd in de Swatvallei. En die is aan de andere kant van Pakistan!
‘‘Amerika is niet nalatig maar realistisch’’ 244/365
Amerika wordt nalatig gedrag verweten bij de ramp in Pakistan, de steun die ge¬boden wordt zou enkel op militair gebied zijn en dat is iets waar de bevolking van de getroffen gebieden nauwelijks op zit te wachten. Daarnaast hebben ze in ver¬houding maar weinig geld naar Haïti ges-tuurd maar wel een troepenmacht om de orde te herstellen. Een troepenmacht die na enkele weken alweer teruggetrokken werd.
Tekst: Linda Leestemaker
Volgens Amerikanist Frans Verhagen valt Amerika niks te verwijten als het gaat om de hulpverlen-ing jegens andere landen. De houding van de VS is niet terughoudend, en hoewel de Amerikaanse overheid minder geld doneerde dan andere landen steunen ze landen door vliegtuigen en boten te sturen. Ook manschappen en voedsel¬hulp worden ingezet, vaak bewaakt met behulp van het leger zodat de verdeling zo eerlijk mogelijk is. Met deze methode wordt voorkomen dat het geld voor hulp in de zaken van corrupte politici verdwijnt. In Haïti werd Amerika verweten dat ze de gestuurde militairen, die daar waren om de orde te herstellen, te snel hebben terug getrokken. “Als Amerika troepen stuurt geeft dat altijd prob¬lemen omdat de VS dan verweten wordt dat ze er een ‘nieuw-Amerika’ van willen maken”, aldus Verhagen.
Rampgebieden
Haïti en Pakistan worden door de Verenigde Staten zoveel gesteund als kan, maar in Haïti is dit een moeizaam proces en dat is niet omdat de VS te weinig aanbiedt. “Haïti is altijd al een gede-sorganiseerd land geweest. Dat er een jaar na de ramp nog ruim anderhalf miljoen mensen in tenten leven ligt meer aan de Haïti zelf, dan aan de hulpverlening. Ook Nederlandse hulpverleners zeggen dat het bijna onmogelijk is de mensen volledig te helpen, of om ze zelfs maar te bereiken.” Dat de hulpver¬lening in Pakistan pas zo laat kwam, komt volgens Verhagen doordat er geen sprake is van grootscha¬lige communicatie tussen de getroffen gebieden, de Pakistaanse overheid en de rest van de wereld.
Dat Pakistan een islamitisch land is heeft er niks mee te maken. “Pakistan is een belangrijke bond-genoot in de strijd tegen het terrorisme, en het is een land met een zekere vorm van democratie. Dat het islamitisch is interesseert de VS niet.”
Eigenbelang
Verhagen zegt er wel bij dat Amerika bij het bieden van hulp wel aan het eigenbelang denkt. “Amerika is een realistisch en opportunistisch land. Ze had¬den na de aanslagen op 9/11 ook weer terug kun¬nen gaan naar het isolationisme, waar de Tea-Par¬ty voor pleit, maar dat deden ze niet want het zou hen niks opleveren.” Als Amerika aan iemand hulp verleent wordt daar dus iets voor terugverwacht. Het buitenland en de hulpbehoevende landen zijn sinds de komst van Obama toegeeflijker geworden wat betreft het leveren van wederdiensten. Volgens Verhagen is de houding tegenover Ameri¬ka versoepeld en vriendelijker geworden omdat men meer vertrouwen heeft in Obama, zelfs de Arabische wereld. “Het gaat hier puur om het vertrouwen in één man, Obama, want aan het algemene buitenlandbeleid kan een president eigenlijk weinig veranderen.” Hulp wordt dus niet meer principieel geweigerd door landen in de Arabische wereld en de (oud)communistische landen omdat er iets tegenover moet staan. “Van Pakistan verwacht de VS dat het helpt in de strijd tegen het terrorisme. Tijdens de ambtstermijn van George W. Bush weigerde Pakistan, en de rest van de Arabische wereld, dit soort hulp structureel. Bij Obama gebeurt dit niet en wordt hulp wel geac¬cepteerd, en soms zelfs gevraagd.”
Tekst: Linda Leestemaker
Volgens Amerikanist Frans Verhagen valt Amerika niks te verwijten als het gaat om de hulpverlen-ing jegens andere landen. De houding van de VS is niet terughoudend, en hoewel de Amerikaanse overheid minder geld doneerde dan andere landen steunen ze landen door vliegtuigen en boten te sturen. Ook manschappen en voedsel¬hulp worden ingezet, vaak bewaakt met behulp van het leger zodat de verdeling zo eerlijk mogelijk is. Met deze methode wordt voorkomen dat het geld voor hulp in de zaken van corrupte politici verdwijnt. In Haïti werd Amerika verweten dat ze de gestuurde militairen, die daar waren om de orde te herstellen, te snel hebben terug getrokken. “Als Amerika troepen stuurt geeft dat altijd prob¬lemen omdat de VS dan verweten wordt dat ze er een ‘nieuw-Amerika’ van willen maken”, aldus Verhagen.
Rampgebieden
Haïti en Pakistan worden door de Verenigde Staten zoveel gesteund als kan, maar in Haïti is dit een moeizaam proces en dat is niet omdat de VS te weinig aanbiedt. “Haïti is altijd al een gede-sorganiseerd land geweest. Dat er een jaar na de ramp nog ruim anderhalf miljoen mensen in tenten leven ligt meer aan de Haïti zelf, dan aan de hulpverlening. Ook Nederlandse hulpverleners zeggen dat het bijna onmogelijk is de mensen volledig te helpen, of om ze zelfs maar te bereiken.” Dat de hulpver¬lening in Pakistan pas zo laat kwam, komt volgens Verhagen doordat er geen sprake is van grootscha¬lige communicatie tussen de getroffen gebieden, de Pakistaanse overheid en de rest van de wereld.
Dat Pakistan een islamitisch land is heeft er niks mee te maken. “Pakistan is een belangrijke bond-genoot in de strijd tegen het terrorisme, en het is een land met een zekere vorm van democratie. Dat het islamitisch is interesseert de VS niet.”
Eigenbelang
Verhagen zegt er wel bij dat Amerika bij het bieden van hulp wel aan het eigenbelang denkt. “Amerika is een realistisch en opportunistisch land. Ze had¬den na de aanslagen op 9/11 ook weer terug kun¬nen gaan naar het isolationisme, waar de Tea-Par¬ty voor pleit, maar dat deden ze niet want het zou hen niks opleveren.” Als Amerika aan iemand hulp verleent wordt daar dus iets voor terugverwacht. Het buitenland en de hulpbehoevende landen zijn sinds de komst van Obama toegeeflijker geworden wat betreft het leveren van wederdiensten. Volgens Verhagen is de houding tegenover Ameri¬ka versoepeld en vriendelijker geworden omdat men meer vertrouwen heeft in Obama, zelfs de Arabische wereld. “Het gaat hier puur om het vertrouwen in één man, Obama, want aan het algemene buitenlandbeleid kan een president eigenlijk weinig veranderen.” Hulp wordt dus niet meer principieel geweigerd door landen in de Arabische wereld en de (oud)communistische landen omdat er iets tegenover moet staan. “Van Pakistan verwacht de VS dat het helpt in de strijd tegen het terrorisme. Tijdens de ambtstermijn van George W. Bush weigerde Pakistan, en de rest van de Arabische wereld, dit soort hulp structureel. Bij Obama gebeurt dit niet en wordt hulp wel geac¬cepteerd, en soms zelfs gevraagd.”
Oriëntatieweek dag 1 243/365
Vandaag de eerste dag van de oriëntatieweek. De start van vandaag maakte het vroege opstaan helemaal goed.
Er was door het FBO (de o-zo-‘geliefde’ organisator binnen de school) tegen de leraar gezegd dat hij twintig leerlingen zou krijgen, en vanochtend kreeg hij ineens een lijst met 48 deelnemers op zijn bureau. Dat was even schrikken, want het gereserveerde lokaal was veel te klein voor zoveel leerlingen. We konden er wel allemaal de humor van inzien, ook de leraar (gelukkig).
Het FBO wist niet echt hoe ze met de situatie om moest gaan dus werden we uiteindelijk overgeplaatst naar een ander lokaal. mijn leraar bekende later dat hij ons liever had opgesplitst en een andere groep een andere leraar had gekregen, maar helaas pindakaas.
De opdracht voor deze week: maak een tijdschrift over een aspect van het Amerikaanse buitenlandbeleid. Mijn groepje heeft als onderwerp de bijdrage van Amerika bij rampen als in Haïti en Pakistan. Ik moet als bijdrage een interview houden en een column schrijven. Leuk!! (dat was serieus)
Ooh, en dat antropologie tentamen heb ik gewoon even lekker gehaald!!
Er was door het FBO (de o-zo-‘geliefde’ organisator binnen de school) tegen de leraar gezegd dat hij twintig leerlingen zou krijgen, en vanochtend kreeg hij ineens een lijst met 48 deelnemers op zijn bureau. Dat was even schrikken, want het gereserveerde lokaal was veel te klein voor zoveel leerlingen. We konden er wel allemaal de humor van inzien, ook de leraar (gelukkig).
Het FBO wist niet echt hoe ze met de situatie om moest gaan dus werden we uiteindelijk overgeplaatst naar een ander lokaal. mijn leraar bekende later dat hij ons liever had opgesplitst en een andere groep een andere leraar had gekregen, maar helaas pindakaas.
De opdracht voor deze week: maak een tijdschrift over een aspect van het Amerikaanse buitenlandbeleid. Mijn groepje heeft als onderwerp de bijdrage van Amerika bij rampen als in Haïti en Pakistan. Ik moet als bijdrage een interview houden en een column schrijven. Leuk!! (dat was serieus)
Ooh, en dat antropologie tentamen heb ik gewoon even lekker gehaald!!
Labels:
365,
Amerika,
buitenland,
Haïti,
oriëntatieweek,
Pakistan,
rampen
Mooie dingen 242/365
‘Mooie dingen in het leven’ is een heel rekbaar begrip. Het kan gaan over een zonnige dag, een sieraard, een specifieke bloem. Opvallend is dat als het goed met iemand gaat, diegene overal ‘mooie dingen’ ziet. Wanneer iemand depressief is, ziet hij/zij diezelfde dingen amper.
Dat maakt het begrip alleen maar rekbaarder. ‘Mooi’ hangt niet alleen af van je humeur, maar ook van de (culturele) groep waar je jezelf aan verbindt. In de hiphop- en rapcultuur worden grote bontkragen op jassen als prachtig gezien, hoe groter hoe beter, maar in de hippie- en gothicscene zie je niet snel iemand met een dode vos om zijn/haar nek ‘rondhuppelen’. Bovendien zijn dingen vaak ook op een persoonlijk level mooi, omdat iemand er iets aan verbindt. Een ketting die je oma altijd droeg, het eerste zelfgekochte kledingstuk, en andere dingen waar emotionele waarde aan kan worden gegeven.
Voor (kleine) kinderen zijn er nog veel meer mooie dingen. In hun kinderlijke onschuld staan ze veel meer open voor de schoonheid van dingen. Een glimmende kraal, een schelp of steen gevonden op het strand of een veer met verschillende kleuren. Dingen zoals deze zijn snel mooi en bijzonder. Een volwassene vindt deze ‘verzamelzucht’ snel onzin en zegt dat de stenen of veren niet meer naar huis mogen, maar voor kinderen is hier geen sprake van verzamelzucht. Voor hen zijn deze kleine dingen echt heel speciaal, stukjes afkomstig uit een onbereikbare fantasiewereld. Dus volwassenen, denk even aan je eigen jeugd voor je een gevonden schelp weer weggooit.
Dat maakt het begrip alleen maar rekbaarder. ‘Mooi’ hangt niet alleen af van je humeur, maar ook van de (culturele) groep waar je jezelf aan verbindt. In de hiphop- en rapcultuur worden grote bontkragen op jassen als prachtig gezien, hoe groter hoe beter, maar in de hippie- en gothicscene zie je niet snel iemand met een dode vos om zijn/haar nek ‘rondhuppelen’. Bovendien zijn dingen vaak ook op een persoonlijk level mooi, omdat iemand er iets aan verbindt. Een ketting die je oma altijd droeg, het eerste zelfgekochte kledingstuk, en andere dingen waar emotionele waarde aan kan worden gegeven.
Voor (kleine) kinderen zijn er nog veel meer mooie dingen. In hun kinderlijke onschuld staan ze veel meer open voor de schoonheid van dingen. Een glimmende kraal, een schelp of steen gevonden op het strand of een veer met verschillende kleuren. Dingen zoals deze zijn snel mooi en bijzonder. Een volwassene vindt deze ‘verzamelzucht’ snel onzin en zegt dat de stenen of veren niet meer naar huis mogen, maar voor kinderen is hier geen sprake van verzamelzucht. Voor hen zijn deze kleine dingen echt heel speciaal, stukjes afkomstig uit een onbereikbare fantasiewereld. Dus volwassenen, denk even aan je eigen jeugd voor je een gevonden schelp weer weggooit.
Labels:
365,
begrip,
dingen,
fantasiewereld,
kinderen,
mooi,
onschuld,
rekbaar,
volwassenen
1+1 wordt 2, wordt met DT 240/365
Vandaag nog een spelling tentamen en statistiek, beide zijn zwakke punten voor mij. Spelling laat me twijfelen en daardoor maak ik fouten en statistiek zijn cijfers.
Het leren van statistiek viel uiteindelijk nog best mee, en omdat ik me vanochtend voor spelling (die ik als eerste had) net zo nerveus en misselijk voelde als woensdag heb ik zo weinig mogelijk ontbeten. Het ging goed dit keer.
Statistiek ging redelijk en onze snelle leraar had twee uur na het tentamen al de antwoorden online staan, zodat ik nu al weet dat ik DAT vak in ieder geval gehaald heb. Nu nog wachten op de rest…
Het leren van statistiek viel uiteindelijk nog best mee, en omdat ik me vanochtend voor spelling (die ik als eerste had) net zo nerveus en misselijk voelde als woensdag heb ik zo weinig mogelijk ontbeten. Het ging goed dit keer.
Statistiek ging redelijk en onze snelle leraar had twee uur na het tentamen al de antwoorden online staan, zodat ik nu al weet dat ik DAT vak in ieder geval gehaald heb. Nu nog wachten op de rest…
Labels:
365,
gehaald,
nerveus,
spelling,
Statistiek,
tentamenweek
Huisdier 239/365
Inmiddels iets meer dan een jaar geleden overleed mijn lieve vogeltje Kwiet. Ondanks dat ik haar nog elke dag mis voel ik af en toe de neiging naar een nieuw huisdier. Mijn ouders denken daar anders over…
Het opnieuw beginnen aan de band met een huisdier, zeker na het pijnlijke verlies van de vorige, is een zwaar en tijdrovend proces dat van beide kanten veel geduld vraagt. We krijgen af en toe een kat als logé maar dat is niet hetzelfde. Er is maar een kleine band met het dier omdat je het niet zelf hebt gekozen omdat het jou, persoonlijk, zo opviel.
Toch behandel je de logé zo goed mogelijk en na een tijdje ontstaat er een iets sterkere band, maar het zal nooit je eigen dier worden of kunnen zijn.
Het opnieuw beginnen aan de band met een huisdier, zeker na het pijnlijke verlies van de vorige, is een zwaar en tijdrovend proces dat van beide kanten veel geduld vraagt. We krijgen af en toe een kat als logé maar dat is niet hetzelfde. Er is maar een kleine band met het dier omdat je het niet zelf hebt gekozen omdat het jou, persoonlijk, zo opviel.
Toch behandel je de logé zo goed mogelijk en na een tijdje ontstaat er een iets sterkere band, maar het zal nooit je eigen dier worden of kunnen zijn.
Deze toets, die vervelend is, ... 238/365
Vandaag de eerste van de twee spelling tentamens. Ik was zo nerveus dat ik mijn ontbijt maar vijf minuten heb binnengehouden…
Ik meen het, tien minuten voor ik naar het station moest hing ik boven de wc. Dit was de eerste keer ooit dat stress zo op mijn maag heeft gewerkt, normaal krijg ik alleen buikpijn (of hoofdpijn).
Bij spelling weet ik nooit hoe het is gegaan dus ik wacht het resultaat af.
Ik meen het, tien minuten voor ik naar het station moest hing ik boven de wc. Dit was de eerste keer ooit dat stress zo op mijn maag heeft gewerkt, normaal krijg ik alleen buikpijn (of hoofdpijn).
Bij spelling weet ik nooit hoe het is gegaan dus ik wacht het resultaat af.
Romantiek 237/365
Romantiek is normaal gezien een woord dat ik zo veel mogelijk vermijdt. Net als dat ik rare gezichten trek als ik kleffe stelletjes zie.
Natuurlijk is ‘klefheid’ niet te vermijden in het dagelijks leven, er is gewoon echt geen ontkomen aan. In het dagelijks leven, in boeken, op tv, nu ben ik niet echt een persoon die naar series kijkt maar soms geef ook ik er aan toe. In alle series verloopt het ongeveer hetzelfde: twee mensen werken/zitten op school samen, mogen elkaar eerst niet en dan gebeurt er een boel en dan mogen ze elkaar wel.
Nu heb ik uit automatisme al snel een vrij sceptische houding tegenover dit soort dingen en zal het woord ‘romantiek’ niet erg snel in mijn woordenboek voorkomen, maar om even een momentje diep te zijn; misschien komt mijn houding wel voort uit een vorm van jaloezie. Nu is jaloezie niet iets dat iemand snel toegeeft en iets bekennen valt vaak nog veel zwaarder, toch moet ik bekennen dat ik ook best kan genieten van een boek waarin de hoofdpersoon iemand vindt en ik ben ook altijd blij als een vriendin of vriend weer een vriendje/vriendin heeft. Ja ja, ook ik ben niet volledig van steen gemaakt. Dit betekent niet dat ik mijn sceptische houding snel ga laten varen, dat zit er al te diep ingebakken.
Labels:
365,
blij,
boeken,
films,
klef,
romantiek,
series,
stelletjes,
vriendinnen
Het rechtssysteem hoort bij de cultuur van een volk... denk ik... 236/365
Tentamentijd: antropologie en recht.
De lerares was bij antropologie verrast dat er 36 aanmeldingen waren, allemaal van tweedejaars (en veel mensen gaan het in het derde semester pas herkansen). Dat bewijst misschien hoe slecht dit vak vorig jaar werd gegeven. Anyway, vanochtend werd me nog een hart onder de riem gestoken door Roos, een vriendin die bij Starbucks op Amsterdam Centraal werkt. Maar ondanks de koffie en het die-hard leren was ik ontzettend nerveus. Het tentamen ging volgens mij best redelijk en ik heb mijn ontbijt binnen weten te houden. Zelfs de vragen over cultureel gedoe lieten me niet meer schrikken, ik zie het resultaat wel verschijnen maar ik denk dat ik wel geslaagd ben.
Daarna recht en dat was wel flink lastig. Vragen over alle soorten recht maar voornamelijk het Internationale Recht. Ik was zo gefocust op antropologie tijdens het leren dat ik maar de helft van het recht boek goed had doorgelezen en het hoofdstuk over internationaal recht kwam pas helemaal aan het einde. Ik denk dat ik dit tentamen volgend semester moet overdoen, gelukkig ben ik voor de werkgroep in ieder geval geslaagd.
De lerares was bij antropologie verrast dat er 36 aanmeldingen waren, allemaal van tweedejaars (en veel mensen gaan het in het derde semester pas herkansen). Dat bewijst misschien hoe slecht dit vak vorig jaar werd gegeven. Anyway, vanochtend werd me nog een hart onder de riem gestoken door Roos, een vriendin die bij Starbucks op Amsterdam Centraal werkt. Maar ondanks de koffie en het die-hard leren was ik ontzettend nerveus. Het tentamen ging volgens mij best redelijk en ik heb mijn ontbijt binnen weten te houden. Zelfs de vragen over cultureel gedoe lieten me niet meer schrikken, ik zie het resultaat wel verschijnen maar ik denk dat ik wel geslaagd ben.
Daarna recht en dat was wel flink lastig. Vragen over alle soorten recht maar voornamelijk het Internationale Recht. Ik was zo gefocust op antropologie tijdens het leren dat ik maar de helft van het recht boek goed had doorgelezen en het hoofdstuk over internationaal recht kwam pas helemaal aan het einde. Ik denk dat ik dit tentamen volgend semester moet overdoen, gelukkig ben ik voor de werkgroep in ieder geval geslaagd.
Labels:
365,
antropologie,
denken,
geslaagd,
nerveus,
Recht,
tentamenweek
Leren part 5 235/365
Meer antropologie.
Ik moet antropologie halen dit keer anders ga ik me depressief onder mijn bed verstoppen. Ik wil dus ook niet gestoord worden vandaag tijdens het leren. Ik meen het!!
Ik moet antropologie halen dit keer anders ga ik me depressief onder mijn bed verstoppen. Ik wil dus ook niet gestoord worden vandaag tijdens het leren. Ik meen het!!
Leren part 4 234/365
Spelling.
Naast de vakken recht, antropologie en statistiek heb ik ook nog twee spelling tentamens. Spelling is mijn achilleshiel, nog erger dan cijfers. Inmiddels heb ik de DT-regel bijna altijd goed maar onze tentamens zijn multiple-choice. A is goed, B is fout.
Je krijgt negentig opgaven, de eerste zeventig zijn zinnen met daarin onderstreepte woorden die goed, of fout geschreven zijn. Dan tien waarin je moet kijken of de interpunctie goed is en de laatste tien zijn een mix waar je de hele zin op basis van spelling, interpunctie en congruentie beoordeeld. Als ik te lang over spelling nadenk ga ik alle regels door elkaar halen en daarom zak ik zo vaak voor dit vak, je mag namelijk geen kladblaadje gebruiken om het op te schrijven. Dus ben ik de regels nog zo’n honderd keer aan het overlezen. Mijn hoofd doet pijn…
Naast de vakken recht, antropologie en statistiek heb ik ook nog twee spelling tentamens. Spelling is mijn achilleshiel, nog erger dan cijfers. Inmiddels heb ik de DT-regel bijna altijd goed maar onze tentamens zijn multiple-choice. A is goed, B is fout.
Je krijgt negentig opgaven, de eerste zeventig zijn zinnen met daarin onderstreepte woorden die goed, of fout geschreven zijn. Dan tien waarin je moet kijken of de interpunctie goed is en de laatste tien zijn een mix waar je de hele zin op basis van spelling, interpunctie en congruentie beoordeeld. Als ik te lang over spelling nadenk ga ik alle regels door elkaar halen en daarom zak ik zo vaak voor dit vak, je mag namelijk geen kladblaadje gebruiken om het op te schrijven. Dus ben ik de regels nog zo’n honderd keer aan het overlezen. Mijn hoofd doet pijn…
Leren part 3 233/365
Statistiek.
Mijn wakke punt zijn cijfers en formules, altijd al geweest en het zal altijd zo zijn. En daarom vond ik het zo grappig dat ik ons statistiekboek redelijk begreep, op het hoofdstuk over grafieken na dan. Nu leren wij statistiek niet zo als de andere opleidingen. Die leren hoe ze moeilijke getallenreeksen moeten uitpuzzelen, hoe ze onderzoek moeten doen en hoe ze onderzoek moeten doen en hoe ze onderzoeksrapporten moeten uitschrijven. Journalistiekstudenten leren juist hoe ze al deze dingen moeten opvatten. Onze statistieklessen gaan over hoe je cijfers in de media gebruikt, hoe je steekproeven controleert, hoe je onderzoeksrapporten gebruikt en hoe je een artikel het beste kan opmaken als er een grafiek in zit.
Er zit dus een groot verschil in wat er geleerd wordt op een journalistiekopleiding en op de andere opleidingen, ik ben benieuw hoe het tentamen eruit ziet.
Mijn wakke punt zijn cijfers en formules, altijd al geweest en het zal altijd zo zijn. En daarom vond ik het zo grappig dat ik ons statistiekboek redelijk begreep, op het hoofdstuk over grafieken na dan. Nu leren wij statistiek niet zo als de andere opleidingen. Die leren hoe ze moeilijke getallenreeksen moeten uitpuzzelen, hoe ze onderzoek moeten doen en hoe ze onderzoek moeten doen en hoe ze onderzoeksrapporten moeten uitschrijven. Journalistiekstudenten leren juist hoe ze al deze dingen moeten opvatten. Onze statistieklessen gaan over hoe je cijfers in de media gebruikt, hoe je steekproeven controleert, hoe je onderzoeksrapporten gebruikt en hoe je een artikel het beste kan opmaken als er een grafiek in zit.
Er zit dus een groot verschil in wat er geleerd wordt op een journalistiekopleiding en op de andere opleidingen, ik ben benieuw hoe het tentamen eruit ziet.
Abonneren op:
Posts (Atom)